Huisverbod
Bij een huisverbod wordt de uithuisgeplaatste verboden om terug te keren naar de eigen (gezamenlijke) woning en om contact te hebben met de (achtergebleven) huisgenoten. Het is te vergelijken met een straat- en contactverbod.
Wanneer huisverbod?
Het huisverbod is een bestuursrechtelijke maatregel die door de burgemeester wordt opgelegd
- indien uit feiten en/of omstandigheden blijkt dat de aanwezigheid van de betrokkene in de woning
- (een duidelijk vermoeden van) ernstig en onmiddellijk gevaar oplevert
- voor de veiligheid van één of meer personen die met hem in de woning wonen of daarin anders dan incidenteel verblijven
Termijn huisverbod
Het huisverbod wordt initieel opgelegd voor een periode van 10 dagen, maar kan eenmalig worden verlengd met 18 dagen tot een maximale periode van 28 dagen.
Beroep tegen huisverbod
Als uithuisgeplaatste hoeft u zich niet neer te leggen bij het door de burgemeester opgelegde huisverbod. U kunt hiertegen binnen 6 weken na oplegging van het huisverbod beroep tegen instellen. Door gelijktijdig een voorlopige voorziening aan te vragen, kunt u het huisverbod direct laten toetsen door de rechter. U kunt hiervoor bijstand krijgen van een advocaat.
Gespecialiseerde advocaat bij huisverbod
De procedure om het huisverbod aan te vechten kan erg ingewikkeld zijn. Om de kans van slagen zo groot mogelijk te laten zijn, dient de uithuisgeplaatste te worden bijgestaan door een gespecialiseerde advocaat. Voor de voorlopige voorziening is de bijstand altijd gratis. Hiervoor kan een last tot toevoeging worden verkregen, waardoor de kosten van rechtsbijstand door de Staat worden vergoed. Voor de beroepsprocedure kan een reguliere toevoeging worden aangevraagd. Hiervoor geldt de normale inkomenstoets voor pro deo rechtsbijstand.